Rangschikking cyberaanvallen
SecureWorks heeft een rangschikking gemaakt van de landen van waaruit de meeste cyberaanvallen gebeuren. Ze keken daarvoor naar hun eigen klanten in het jaar 2008.
In de top tien zitten, in lichtjes stijgende lijn, landen als buurland Canada, Duitsland, Taiwan, Rusland, Japan, Polen en Zuid-Korea. Verder stijgend haalt Brazilie een indrukwekkende 3e plaats op de lijst, en China komt op de tweede plaats met iets meer verschil. Maar de meeste aanvallen kwamen uit Amerika, bijna drie keer meer dan die uit China. Toch is de bron van een computeraanval niet hetzelfde als de locatie van de aanvaller. Aanvallers uit China, Japan en Polen lijken meer computers uit eigen land te gebruiken voor een aanval, maar daarbuiten bestaan veel internationale botnets die vanuit een andere locatie bediend worden, en dus niets over de afkomst van de aanvaller zeggen.
Dat mocht Georgie aan den lijve ondervinden. IT’ers in dat land hadden blokkades opgetrokken tegen Rusland door IP adressen van Russische netwerken tegen de houden in het internetverkeer. Er kwam een Russische aanval, maar die kwam via allerlei computers die onder controle waren van Russen, en bv in de VS of Turkije stonden.
Android gsm
Deze week lanceert Google zijn eerste Android gsm. Het toestel heeft een touch screen, maar ook een uitschuifbaar toetsenbord. Het draait op de nieuwe Google Android software en heeft heel wat open source programma’s aan boord. Het kan ook alle Google online programma’s gebruiken en heeft toegang tot commerciële platformen op het web zoals een muziekwinkel, die geen DRM-beperkingen bevat op de muziek. Omdat het een open platform voor mobiele telefoons is, kunnen binnenkort nog andere produkten verwacht worden met hetzelfde systeem aan boord.
Google maakt en verkoopt de telefoons niet zelf; daarvoor doen ze beroep op bestaande kanalen. HTC is een computer en electronicabouwer die het eerste toestel bouwde. Dat zal verkocht worden via het netwerk van T-Mobile, dat het de naam G1 geeft en het in zijn winkels heeft.
Waals gewest gaat re-insourcen
Op 3 jaar tijd willen ze terug een volledige IT-dienst uitbouwen. Ze richten een departement op voor “Nieuwe Technologie en Informatica”, waar een 50-tal it-ers in zullen starten. Door terug meer zelf te doen in plaats van alles uit te besteden, zal dat minder kosten. Bovendien worden diensten samengevoegd, wat ook nog eens besparingen oplevert.
Maar het doel was vooral een andere perceptie tgo outsourcing. Nu ligt de nadruk op transparantie, open concurrentie, goed bestuur en controle op een strategisch instrument dat IT is.
|
|
Verdeel en heers
Twee professors van universiteiten in de VS hebben een rapport gepubliceerd met een (vrij vertaalde) titel: “Divide and Conquer: Competing with Free Technology Under Network Effects”. Het rapport zou bedoeld zijn voor bedrijfsleiders, en hen moeten adviseren hoe de strijd tegen open source aan te gaan. Ze raden aan commerciele software bedrijven aan hun produkten zo snel mogelijk op de markt te gooien, om geleidelijk verbeteringen aan te brengen en de mogelijkheden van het product uit te breiden, om het zo gesloten mogelijk te houden, en de markt in stukken op te splitsen om succesvol een verdeel en heers politiek toe te passen. Als geconcurreerd moet worden tegen een open source programma dat eerst op de markt is, wordt aangeraden zoveel mogelijk over te nemen maar afwijkende uitbreidingen te maken. De “productions and operations-management”-proffen Deishin Lee en Haim Mendelson werken aan de universiteit van Harvard en Stanford.
Verdeel en heers is natuurlijk geen nieuwe strategie om te concurreren tegen vrije software; MS doet dat al jarenlang. Ook op ander gebied lijkt het bijna een weergave of analyse van hoe een monopoliebedrijf omgaat met de zogenaamde bedreiging van de open source software. Eigenlijk vreemd dat deze profs voor een “strijd tegen” pleiten als strategie.
www.gbs.stanford.edu/
news/research/mendelson_div_conq.html
Verlenging copyright
Google wil dat de VS zich voorzichtiger opstelt in de onderhandelingen over het afdwingen van rechten op “intellectueel eigendom”. De voorbereiding van de verdragen gebeurt onder druk van de MPAA en de RIAA, de film en muziekindustrie in de VS.
De VS oefent druk uit op zijn partners, onder meer Europa en Japan, om een verdrag af te sluiten dat ook ingrijpt op de verspreiding van inhoud als muziek en filmpjes. Google wijst erop dat wat good is voor Disney niet hetzelfde is als wat goed is voor de VS. Er zijn ook nog Google en Yahoo merken ze fijntjes op. Het kan een bedreiging vormen voor de groei van Amerikaanse bedrijven.
Google heeft blijkbaar de schaal bereikt dat ze kunnen meepraten. Wie ook probeert mee te praten, maar minder gewicht in de schaal kan leggen, is de vereniging van burgers voor een vrije electronische wereld, de EFF. Zij waarschuwen dat zo’n nieuw verdrag ondoorzichtig wordt opgesteld, en dat de uitkomst ofwel nietszeggend zal zijn, ofwel radikaal, en fundamentele gevolgen zal hebben voor de ontwikkeling van het internet.
|